Hoe het ooit begon! Een verslag van onze allereerste brouw:

Vrijdag 8 maart 2013

Om 20:47 raakt de eerste moutkorrel de maalplaten van de moutmolen. Duizenden soortgenoten springen er achteraan. Een goede moutkorrel staat nooit alleen in z'n laatste momenten. En zo hoort 't ook. Gemalen en gekneusd liggen ze drie kwartier later in de tummy tub, afgedekt, veilig achter slot en grendel zodat voorkomen wordt dat 'n dikke huiskat onze gemalen vriendjes als basis om 'n goede grote boodschap in te begraven beschouwt. Met een lichte bierstage wordt de avond besloten. Het is morgen tenslotte de dag des dagen, een beetje fitheid is wenselijk.

Zaterdagochtend 9 maart 2013

Net na tienen druppelen de zes van D'ooijevaer binnen op de Burgemeester Woltersstraat 5, de brouwlocatie van de allereerste brouw. Mochten we ooit de wereld veroveren, zal dit huis een bedevaartsoord zijn voor Genneps' eerste biertoeristen. Een legendarische beloning voor een offer dat gebracht is door het gezinnetje Marleen, Siem en hoofd van het gezin; Grand Housemaster Vin.

De stemming is jolig, met een licht nerveuze afdronk gerijpt op onzekerheid. Het ambacht is ondanks goede theoretische verdieping immers nog relatief nieuw in dit gezelschap. Het water is op de juiste temperatuur en als ware kerels ondergaan de gemalen en gekneusde moutkorrels juichend hun lot, verhitting tot de dood erop volgt. Wat een helden! Het eerste momentje van paniek ontstaat als een overname van één van de thermometers misgaat en de hete brei het dingetje met het grootste genot lijkt te verorberen. Enkele ogenblikken staat het zweet op de voorhoofden van de zes van D'ooijevaer. Ga maar 's zoeken in 27 liter hete pap. Effectief en intensief roerwerk van onze chef d'etiquete zorgt ervoor dat de temperatuur ook aan de oppervlakte weer meetbaar wordt. Het verzwolgen object is terug boven. Nu kan de concentratie weer terug naar waar die was; Het bewaken van de temperatuur. Na de juiste, nee excuus, correctie, na precies de juiste verhittingstijd kan het filteren beginnen. Een heikel moment, daar hier enige dreiging van infectie optreedt. Echter met gevaar voor eigen gehemelte gaat chef d'etiquete na een matige presentatie van chef d'histoire, een waar stukje ouderwets benzine jatten tentoonstellen. Wij weten nu hoe Bart aan z'n kilometers is gekomen in de studententijd.

Het spoelen sluit naadloos aan op het fantastische filterwerk en na dit kunststukje is het wachten op de kook, tijd voor lekkere bieren uitwisseling. Onder leiding van Schenkmeester Rouschop wordt de eerste speciaalbier aangeslagen. Braumeister Könings doet snel nog even een testje voordat de glazen klinken. Het lange wachten verwordt tot de oneindige gezelligheid, er hangt een magische sfeer in de keuken van de Woltersstraat. Zelfs als het kookpunt wordt bereikt is er geen stress of pauze in de gezelligheid, gewoon een netje hop erin mikken en de gezelligheid kan gewoon doorstoten naar ongekende hoogte. Tussendoor zijn de manschappen onder de expertise van Braumeister Könings in de weer met reinigen van de platenkoeler, het speelgoed dat zijn waarde na slechts enkele seconden in actie reeds dubbel en dwars bewijst. Na de lange kook wordt de complete overgebleven 21 liter in nog geen drie minuten gekoeld tot 20 graden, dat zal de kwaliteit zeker in opmerkelijke mate verhogen. Gejuich rolt door de keuken, het signaal voor de gist, dat zich klaarmaakt voor de sprong die voedingsstof mout het gist voorgegaan is. Alleen met tegengesteld lot, het gist gaat een feestmaal ondergaan daar waar het mout juist van zijn energie ontdaan werd. Het bierbrouwen ligt dicht bij de werkelijkheid op aarde, de één z'n dood...awel, u kent het verder wel. Waterslot erop en wegzetten maar. En teut als een tuimelaar gaan de zes van D'ooijevaer ieders hun weg.

Zondag 10 maart

Om 8:39, krap 36 uur na de start, bereiken de eerste live beelden de zes van D'ooijevaer in hun Ooijevaersnestjes, het meest rustgevende geluid op een druilerige zondagochtend is toch wel het geluid van een bubbelend waterslot, het gist viert feest. Zachtjes vieren de zes van D'ooijevaer mee, zachtjes, want de weg is nog lang.